Sint Justininus
en
Sint Tiburtius
Op Sint Tiburtius na de noen,
Worden alle velden groen.
en
Op Sint Justijn, doodt de koude
het venijn.
APRIL: De naam van deze maand is afgeleid van Aperire, wat
openen betekent. Deze maand symboliseert vooral het ontluiken van het leven, de
glans en kracht van de jeugd; alles wat leidt naar het goede.
Aprilis: In de oude Romeinse kalender de tweede maand. Na
Julius Caesar werd het de vierde maand.
Grasmaand: april is de maand van het vee, vooral het melkvee
krijgt na een lang en donker verblijf in de potstallen de vrije ruimte en kan
zich te goed doen aan het verse gras.
Paasmaand: Pasen, het feest van de verrijzenis van Jezus
Christus, wordt gevierd op de eerstvolgende zondag na de eerste volle m
aan die volgt op de dag- en nacht evening van de lente. In
de meeste gevallen is dit in de maand april.
Eiermaand: Pasen en het eten van eieren zijn nauw met elkaar
verbonden. In de vorm van verven en versieren werd het ei nog aantrekkelijker
gemaakt.
De wei hergroent, ’t
hergroent al, in ‘t
Verschiet; waar hier
waar daar begint
De naakte grond
bekleed te staan
Met hope weer van gras
en graan. Guido Gezelle.
April, de tijd van het jaar dat de dagen al weer enkele uren
langer zijn dan de nachten. Vroeger betekende dit voor de mensen werken en nog
eens werken. Na de winterse rust kwam opeens alles tegelijk: de weilanden en
het vee, de akkers en de tuinen, het zaaien en het planten, alles had de volle
aandacht nodig. Het was vooral in de maand april dat de mensen vroeger best een
beetje hulp van het weer konden gebruiken.
Het is een maand geleden dat ik schreef over maart en wat ik
deed in de tuin en of de kas. Mijn laatste blog was van 10 maart: Veertig
Martelaren.
Voor die dag was de spreuk:
Als de vorst de
veertig martelaars brachten,
Dan houdt zij die nog
veertig nachten.
Ik heb even terug gekeken in mijn moestuinplanner: op 10
maart jl was het extreem weer: code geel ivm regen, natte sneeuw en zware
windstoten tot 100km/per uur. In de nacht vroor het een paar graden.
Ik wil maar zeggen: het lijkt alsof de spreuk van de veertig
martelaren uitkomt, we hebben reeds heel wat nachtvorst gehad sindsdien.
Op facebooksites die moestuingerelateerd zijn staan al
wekenlang vragen als:
-
Mag ik mijn tomaten al buiten zetten?
-
Mijn courgettes zijn te groot voor de
vensterbank, mogen die naar buiten?
-
Kan ik al sla zaaien in de volle grond?
-
Hellup, er komt nachtvorst. Wat doe ik nu met
mijn zaailingen in de tuin?
-
Oei, ik zie dat ik te laat ben met zaaien, kan
ik dat nu nog wel doen?
Nu de aarde opwarmt, en we overdag soms al warme dagen
hebben gehad, wordt iedereen getriggerd om vroeg te zaaien. Maar vroeg zaaien
betekend ook dat plantjes al lang voor de ijsheiligen een formaat hebben
bereikt dat je ze binnen niet meer kwijt kunt. Vensterbanken zijn al snel te
klein, zeker na het verspenen van de zaailingen.
Ik zelf houd me hoofdzakelijk aan de zaaitijd die op het zakje
staat. Slechts pepers, paprika’s en tomaten zaai ik eerder. Het duurt ook
langer voordat die bij mij opkomen in mijn donkere koude huisje. De verwarming
staat vanaf half maart op 18 graden maximaal gedurende een paar uur per dag.
Zon komt er niet binnen helaas. Half mei zijn mijn zaailingen net groot genoeg
om de overgang naar de koude kas te doorstaan.
Overdag kan de temperatuur misschien al lekker oplopen, maar
de nachten brengen nog vaak vorst; en deze vorst is funest voor onze zaailingen
en plantjes. Half mei zijn er ook de ijsheiligen: na die ijsheiligen is de kans
op nachtvorst nog maar klein. Meer over de ijsheiligen vind je in mijn blog van
mei 2018, https://ikbenindebonen.blogspot.com/2018/05/hoera-ik-heb-bladluizen-hellup-de_15.html
Op 11 maart kwam de eerste paprika die ik 23 februari zaaide in de vensterbank in de keuken (daar komt het meeste licht) voorzichtig boven de grond. Vier dagen later kwam de eerste peper boven. Helaas heb ik die “om zeep geholpen” omdat ik de pepers in een kweekbak in de kamer heb gezet met een warmtemat er onder. Ik stond er even niet bij stil, dat ik dan wel de zaailingen extra vochtig moest houden……
In maart was er de groenmoesbeurs in Boekel. Hier heb ik
aardbeienplantjes gekocht; 5 doordragers en 5 eenmalig bloeiende. Op de
moestuin had ik gezien dat mijn
aardbeienplantjes het niet allemaal hadden overleefd. Toen ik de nieuwe
aanwinst wilde gaan uitzetten, bleek dat er toch leven zat in alle
aardbeienplanten op de tuin. De nieuwe plantjes zitten nog steeds in een dichte
zak met water en wachten tot ik een plaatsje voor ze heb gevonden.
Ik denk dat ik er een aantal in mijn kas ga zetten, maar daar is nu nog geen plaats. En ik wil er een paar in hangpotten in de nok van de kas plaatsen. Voor alsnog lopen ze in de zak goed uit.
Pas na half maart, de 17e heb ik tomaten gezaaid
in de kweekbakken in de kamer. Die zelfde week heb ik wat paprika’s bijgezaaid
om dat die niet allemaal waren opgekomen. Ook heb ik toen een nieuwe poging
gedaan om pepers te zaaien en ze nu niet te laten verdrogen. Die laatsten zijn
echt aan de late kant, maar ik ga ze dit jaar overhouden zodat ik volgend jaar
lekker vroeg ben met pepers oogsten. Pepers zijn overjarige planten. Ik las dat
je die zelfs wel 4 jaar kunt overhouden en er dus van kan oogsten. Dat lijkt
mij een leuk experiment voor me zelf.
Zes dagen na het zaaien, zie ik de eerste tomatenplantjes
verschijnen, voorzichtig breken ze de grond open om naar het licht te reiken.
Dit was ook het moment dat ik de groeilampen boven de kweekbakken heb
ontstoken. Ik heb twee echte groeilampen van 6400lumen van www.moestuinweetjes.com , twee bakken
met ieder drie gekleurde led-groeilampen uit china en een bak met een tl-lamp
die eigenlijk is voor onderbouw onder keukenkastjes. Ik moet zeggen, dat als ik
nu kijk naar de verschillen in resultaat, het eigenlijk weinig heeft
uitgemaakt. Ik heb nog geen langgerekte zaailingen waargenomen tgv te weinig
licht. Eerst brandden de lampen overdag en in de avond. Later heb ik de
tijdklok verzet en gaan de lampen ’s avonds om negen uur aan en ’s morgens om
zeven uur weer uit.
Nog steeds in maart en eigenlijk aan de vroege kant, maar 26
maart of begin april heb ik een keer als het zelfde tijdstip gekozen , heb ik andijvie nr 5
gezaaid in een bakje in de koude kas. Ook heb ik courgette en klimcourgette
alsmede erwten en peulen voorgezaaid. Ik hoorde op de tuin van mijn
tuinbuurvrouw dat erwten en peulen direct in de volle grond zaaien vraat door
aardvlooien opleverde. Ik bedacht dat dit dan misschien wel de reden was, dat
ik de laatste drie jaren zo weinig erwten en peulen had. Ze kwamen immers maar
niet op. Dus nu in een grote bak voorgezaaid en in de koude kas gezet. Ze
steken nu ongeveer vijf centimeter boven de grond. Als ze straks tien tot
vijftien cm groot zijn, gaan ze naar de tuin. Hier staan de rekken voor de
erwten reeds klaar.
En dan eindelijk op 27 maart kon ik mijn asperges in de
grond steken. Vorig jaar kwam het er door omstandigheden niet van om een
aspergebed aan te leggen op mijn nieuwe tuin. Waar eerst wat aardappelen
stonden, vlak voor mijn tuinhuisje, heb ik een sleuf gegraven van 40cm breed en
25cm diep. Volgens de beschrijving die bij de planten zat, dient de sleuf 20cm
diep te zijn. Doch omdat ik de grond nogal hard vind, heb ik de sleuf dus 5cm
dieper gemaakt en opgevuld met 5cm compost. Hierop heb ik koemestkorrels en
flink wat lavameel gestrooid en dit door de compost geharkt. Toen heb ik een
rugje van 5cm midden in de sleuf gemaakt waar ik de aspergeplanten op heb
gelegd, met de wortels gespreid. Alle plantjes in dezelfde richting. Vervolgens
heb ik de sleuf weer dicht gemaakt met de uitgeschepte grond vermengd met
compost en moestuinaarde. Dit omdat de klei boven de aspergeplanten misschien
te vast zou worden in de loop der jaren. Een laagje zeewierkalk erover en
klaar. Ik heb het ras Grolim wit. Jammer, maar ik ben de foto's die hier bij horen kwijt geraakt.
En toen was het april….. “April doet wat ie wil” zo luidt het
gezegde. Nou dat hebben we geweten.
April begon met fikse hagel- en onweersbuien met een max temperatuur van 16
graden. Ik was op de moestuin om het aardappelveld om te woelen. Eerst had ik
er compost en patentkali over gestrooid en vervolgens heb ik het met de
woelvork losgemaakt en de compost en kali er door gewerkt. De aardappelen heb ik ook vast uit de
verpakkingsnetten gehaald om niet zoals vorig jaar de scheuten af te breken om
dat ze zo door de netjes heen waren gegroeid dat ik ze niet meer uit het netje
kreeg.
Vorig jaar stonden
de peulen op dit bed. De grond was keihard. Daarom heb ik eerst met de enkele
woelvork de grond los gemaakt en heb toen met de dubbele woelvork de grond
nogmaals bewerkt door er in een haaks op staande richting door te woelen.
Die dag heb ik de kooi die over het kolenbed stond uit
elkaar gehaald. Het hout van een van de rekken begint al aardig verrot te
raken.😉.
Het was oud hout, dus ik moet een manier bedenken om dit rek weer goed stevig te kunnen maken zonder dat het iets kost
En toen kwam dus die hagel- en onweersbui….. het begon met
een flits waar ik goed van schrok. De knetterende klap was er ook meteen, die
was beslist ingeslagen. Later las ik op facebook dat in de omgeving de
aardlekschakelaars er uit waren gesprongen. Even bleef het stil, maar meteen
begon het weer te onweren, nu met een fikse regenbui waardoor ik werd gedwongen
te stoppen met mijn werk. In het tuinhuisje was het inmiddels aardedonker en
heb ik mijn lampje moeten ontsteken. Van uit de deuropening heb ik de vallende
hagelstenen gefilmd, heel even, want ik stond zelfs in de deuropening niet
droog.
Een paar koppen koffie later, ben ik maar huiswaarts gekeerd. Voordat ik bij de auto was, was ik tot op mijn huid nat. Ik ben toen vergeten thuis in de regenmeter te kijken, al moet ik zeggen dat het daar veel minder heeft geregend en niet gehageld.
Op vier april is het Sint Isodorus. Volgens de weerspreuken
zou na vier april de noordenwind voorbij zijn.
Sinds die dag teken ik steeds een oosten- of een noordoostenwind op en
inderdaag geen noordenwind. Maar die oostenwind….. oh wat is die koud zeg.
Vijf april; nieuwe maan. Ik had een korte late dienst en bij
thuiskomst zag ik dat ik mijn was nog buiten aan de lijn had hangen. Toen ik
die om 21.45u afhaalde bleek deze kurkdroog te zijn wat ik niet had verwacht op
dit late tijdstip.
De dag erna heb ik in de koude kas de buitenkomkommer Sonja
gezaaid. Morgen eens even kijken of hij al is opgekomen, want dat heb ik nog
niet gezien. Eerlijkheidshalve moet ik zeggen dat ik er nog niet naar heb
gekeken.
Zondag 7 april werd een zonnige dag voorspeld met een
temperatuur tot 19 graden volgens mijn weerapp. Een dag bij uitstek om naar de
tuin te gaan en ik was ook nog eens vrij. Met de inmiddels 60 jaar oude
aardappelpoter van mijn vader heb ik gaten gemaakt in mijn aardappelveldje.
Ik begon met vier rijen rode eersteling. Een vroege
aardappel. een regelmatige
lang-ovale vorm met vlakke ogen. Het ras is wel phythophtora gevoelig, maar
door de vroege afrijping zal dit in vele gevallen best meevallen.
De eersteling was vroeger de eerste nieuwe aardappel die ik als kind at. Wekenlang schilde mijn moeder met veel moeite rimpelige aardappelen tot dan die dag dat de rode eersteling bij een boer in het dorp werd gerooid. Oh wat smaakte een die aardappel toch lekker. En eindelijk heb ik ook rode eersteling als poters. Ik kijk nu al uit naar de dag dat ze op mijn bordje liggen. De rode eersteling is een iets kruimiger variant van de gele eersteling, heeft een rode schil en gelig vlees.
Naast de rode eersteling kwamen twee rijen met Charlotte.
Dit peervormige duitse ras is middelvroeg afrijpend met een hoge opbrengst.
Charlotte kan langdurig worden bewaard. Charlotte is een vrij vastkokende
aardappel en zeer geschikt als salade-aardappel.
Vervolgens maakte ik twee rijen pootgaten waar de Mona-Lisa
in kwam. Deze pootaardappelen waren kleine aardappeltjes die ik nog over heb
van mijn eigen oogst van vorig jaar en net begonnen uit te lopen. Ook de
Mona-Lisa is een midden-vroeg ras en geelschillig met zuiver geel vlees. Is
vast in de kook en heeft een hele fijne smaak. Bovendien verkleurt Mona Lisa
niet na het koken. Is een middelvroegras dat in juni al een goede opbrengst
geeft. De knollen zijn langovaal en uniform van vorm en vlakogig. Hoge
opbrengst met een redelijke resistentie van phythophtora in de knol.
Hiernaast kwam de Victoria. Deze had ik vorig jaar ook gezet
en ik eet er nu nog van. Al kost het schillen moeite omdat de schil er intussen
uitziet als de huid van een oude olifant.
De Victoria is een laat ras. Een vrij vastkokende aardappel met een diepe gele vleeskleur; de smaak is uitmuntend; is geschikt als kook- en frietaardappel en dit tot op het einde van het bewaarseizoen.
De laatste drie rijen waren voor Michelle. Ook de Michelle is een laat ras.
Een gele aardappel (type als EBA) welke geschikt is voor zowel de kleigrond als
de zandgrond. Hoge opbrengst van middelgrote knollen. Goede bewaaraardappel met
een hoge phytophthora resistentie in zowel loof als knol. De knol is lang ovaal
en gelijkmatig van vorm en heeft een glanzend gele en zeer gladde schil zonder
ogen. Vastkokende aardappel.
Na het poten heb ik koemestkorrels en zeewierkalk over de
dichtgeharkte plantgaten gestrooid.
Vroege aardappelen plaats je 30cm uit elkaar. De
middelvroege 35cm en de late rassen met 40cm tussen de planten. En 55cm tussen
de rijen. Ik heb gesmokkeld en heb alle aardappelen 30cm uit elkaar gezet met
een rij-afstand van 35 tot 40cm omdat ik anders niet genoeg naar mijn zin kwijt
kan.
Natuurlijk heb ik weer veel te veel poters besteld en hield ik veel over.
Het grootste deel heb ik aan de buren op de tuin gegeven want weggooien is
zonde. De poters die ik nog over heb, wil ik dit jaar in de smalle strook grond
langs mijn huis zetten. Hier komt weinig zon, maar ik wil het wel proberen.
Door de wind is het er wel altijd snel droog.
Begin deze week heb ik mijn tomaten, pepers en paprika’s
verspeend. Lekker buiten in het zonnetje.
Omdat mijn courgettes niet wilden
opkomen, waarschijnlijk was de kiemkracht verdwenen, had ik nieuw zaad gekocht
en deze gezaaid. Voorheen had ik de Black Beauty, nu de variëteit Diamant F1.
Ook werd
voor de eerste maal dit jaar het gazon gemaaid. Het maaisel heb ik in de avond
dun over de moestuin uitgestrooid als mulchlaagje. Tijdens het maaien zag ik
nog wat verdorde dahliabloemen met zaad staan. Dit heb ik er af gehaald en ga
het nog zaaien, gewoon om te proberen. Door de operatie aan mijn voet afgelopen
najaar, kon ik de knollen niet meer uit de grond halen en heb ik als markering
de dode plantenstengels laten staan.
Begin deze week zag ik tijdens het water geven van de
bloembak op het werk, dat de eerste zaailingen reeds boven komen. Thuis komen
alsnog twee zaailingen van de courgette Black Beauty op.
De tuinbonen Leidse Hangers hebben te lijden gehad van
woelmuizen. De afgevreten plantjes liggen naast de gegraven kuiltjes om bij de
boon te kunnen. Omdat ik er geen zaad meer van heb, ga ik deze niet meer
bijzaaien. Volgend jaar koop ik wel weer nieuw zaad van deze bruinkokende
ouderwets smakende tuinbonen.
De boerenkool die ik in de smalle strook langs mijn huis had
gezet, heeft veel te lijden gehad van de eenjarige bloeiende planten en tomaten
die er stonden. Ik heb de boerenkool laten staan zodat deze als nog de kans
kreeg te groeien, maar behalve flik in de hoogte kwam er weinig blad aan. Nu
staat de plant in bloei. De ontwakende hommels en solitaire bijen zijn er maar
wat blij mee. Dit doet me denken aan een artikel die een vriend op een
facebook-moestuinsite plaatste: “De
bijen, hommels en andere insecten hebben het moeilijk. In de moestuin is de
grond nog veelal kaal. Welke nu bloeiende planten heb jij in de moestuin
staan?”
Bij mij staan er nu diverse helleborussen, tulpen en
narcissen te bloeien. De sneeuwklokjes
zijn al uitgebloeid. Later zullen er nog veel meer bloeiende planten te zien
zijn. Ook staat nu de paarse dovenetel er volop in bloei. Deze laat ik staan
tot ik een groentebed klaar ga maken voor gebruik. Dan moet de paarse dovenetel
het veld ruimen. Het zogenaamde onkruid is nu nog te nuttig en mag nog even
blijven staan op de nog lege bedden.
Volgende week ga ik eens in mijn zadenbak kijken wat ik
allemaal in april kan zaaien. In ieder geval wil ik radijsjes zaaien want die
heb ik in februari in de kas gezaaid, maar zijn nauwelijks opgekomen en zitten
prachtig in het blad, maar slecht in de knol.
De andijvie in de kas begint nu goed door te groeien, dus zullen we
volgende week lekker andijvie eten: het lievelingskostje van mijn kleine
vriendinnetje welke dan natuurlijk wordt uitgenodigd om te komen eten.
In de kas kwam ik nog iets raars tegen dat ik met jullie
wilde delen: er liggen nog twee rode kolen in een hoekje. Die hebben nu nieuw
opschot op de koolstronk gekregen.
April: overdag de zon, in de nacht de vorst. Omdat er min 1
werd voorspeld, heb ik vannacht 4 kaarsen in de koude kas laten branden. Op mijn
min/max-thermometer zag ik dat de temperatuur 2 graden boven nul is gebleven.
Zou het echt aan de kaarsen hebben gelegen? Op de auto’s zag ik vanmorgen een
ijslaagje en in de bermen hadden gras en paardenbloemen een laagje rijp. Het
heeft in ieder geval geen kwaad gekund dat de kaarsjes hebben gebrand.
Fruittelers in de buurt zijn deze nachten druk doende met
het beschermen van hun fruit. Gebeurde dat vroeger altijd met watersproeien, nu
zet men vuurpotten in de boomgaard. Foto is van een kennis die zijn boomgaard
deelde met facebook.
Half april, soms ook wel net even daarvoor, is het de tijd
om de koekoek weer te horen aankondigen dat hij is teruggekeerd van zijn
winterverblijf. “Het weer kan zijn wat
het wil, ik roep niet voor half april”.
Intussen is het 14 april. In Engeland, en met name in Sussex, gaf men vroeger
de 14e april de benaming “First Cuckoo Day”. Men is er lang van
overtuigd geweest dat het eerste roepen van de koekoek de afscheid nemende
winter prikkelde en irriteerde. Als wraak zou er sterke wind of storm volgen,
de zogenaamde “Koekoeksstorm” of “Gowk-storm”. We zullen het gaan zien de
komende dagen.
Op facebook zag ik bij mijn herinneringen dat het vorig jaar 14 april een heerlijke dag was om in de tuin te werken...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten